Zoals een rechtgeaard Tilburger betaamt mopper ik vol overgave op mijn eigen stad. Dat moeten we vooral allemaal blijven doen, want anders komt het hier nooit goed. Het kan echter altijd erger. Bijvoorbeeld als je in de gemeente Hilvarenbeek woont, waar ik met grote regelmaat op bezoek ga bij schoonmoeder.
Het Brabants Dagblad is op zoek naar de meest irritante verkeersdrempel in de regio. Je mag er slechts eentje nomineren. Bij deze draag ik daarentegen het gehele grondgebied van Hilvarenbeek voor: het dorp heet in de volksmond toch al Hilvarenbult en ook wel eens Bultenbeek. Als automobilist is het soms geen doen, maar als fietser, scootmobieler of rolstoelgebruiker is het rijden in en rond het Kempendorp een regelrechte ramp. Iemand met nek- of rugklachten kan ‘Beek’ beter mijden. Het lijkt me daarom raadzaam om de landelijke en internationale VVV’s en bureaus voor toerisme een waarschuwing bij een reisadvies voor Beek te laten opnemen: slecht toegankelijk voor mindervaliden.
Niet dat het in Tilburg heel veel beter geregeld is, geef ik grif toe Afgelopen week was ik op de afscheidsbijeenkomst van mevrouw An Kruize, een strijdbare oudere in een rolstoel die helaas onverwacht werd geveld door een longontsteking. Ook zij klaagde bij leven over de slechte staat van de trottoirs, waardoor zij ernstig belemmerd werd in haar bezoekjes aan het centrum. Probeer van Joannes Zwijsen maar eens via de Noordstraat naar de Heuvel te komen, mopperde zij. ‘Tilburg is een autostad’, vond ze. Een ‘ouwe taaie’, met het hart op de tong en links in de borstkas. Dat soort mensen hebben we te weinig in onze stad en al helemaal in het land. We zijn een natie van watjes geworden, een slap zooitje meehuilers in het bos.
Knagen ze in Den Haag aan onze pensioenrechten, aow, de kwaliteit van zorg, onderwijs en andere verworvenheden, dan blaat de meerderheid van het volk het grootkapitaal na dat ‘iedereen nu eenmaal moet inleveren’. Terwijl de Jaguars F-types van 103.000 euro rijklaar en met kleurgestikte leren kuipstoelen niet zijn aan te slepen. In Brussel kwamen vorige week bijna 120.000 demonstranten opdagen op een doodnormale donderdag, tegen de rechtse coalitie en de bezuinigingen. De burgemeester van die stad moet binnenkort voor de rechter verschijnen omdat die weigerde op te treden tegen relschoppers. Volgende week demonstreren de Vlamingen, in Antwerpen en op 15 december ligt het gehele land plat. U bent hierbij gewaarschuwd, want als de nog wel strijdbare Belgen ‘plat’ zeggen, dan is het ook echt ‘plat’. Bij tijd en wijle ben ik daarom jaloers op het volk der Belgen. Dat landje gaat vooruit, is dan mijn gevoel. En niet alleen bij het voetbal. Hier kachelen we steeds verder achteruit. Meer regels, hogere belastingen, gezeur over Zwarte Piet en van hogerhand gedirigeerde bangmakerij. We slikken het allemaal als makke schapen.
‘Heeft uw buurman al ebola?’ Een paar jaar geleden stak ik zo in een variant de draak met het RIVM en de angstcampagne over de grieppandemie. Die lui hebben ondanks het uitblijven van de voorspelde ramp natuurlijk alsnog miljoenen verdiend, want de door de staat betaalde maar niet uitgedeelde prikken konden ze later weer lekker doorverkopen. Naar schatting 5000 eboladoden zijn er nu in west-Afrika. De rijke landen in Europa schreeuwen samen met de VS moord en brand. Natuurlijk krijst de Nederlandse top mee: ebola is een gevaar! Echt? Ik durf te voorspellen dat dit jaar meer mensen rond Schiphol malaria oplopen dan we ooit ebola-zieken in ons land krijgen.
Per dag sterven in oost- en centraal Afrika meer mensen aan malaria, aids en tuberculose dan de afgelopen maanden in het westelijk deel van dat continent aan het ebolavirus ten onder zijn gegaan. Horen we daar nog wel eens iets van? Voor aids, noch malaria zijn de samenwerkende hulporganisaties in ons land ooit een actie begonnen. Voor ebola wel. Zou dat louter toeval zijn? Volgens mijn complottheorie niet. In het oosten beschikken de landen immers niet over olie of andere kostbare grondstoffen waar onze multinationals jaarlijks miljarden aan verdienen. Ja, ebola is in die zin dus een gevaar, voor de superwinsten van Shell en co, geld dat in belastingparadijs bv Nederland wordt gestald. Misschien dat onder de toezegging van een commissariaatje (in navolging van Wim Kok en Hans Wijers) een lid van het kabinet tijdens een tv-actie of straks in de collecteweek kan roepen dat we allemaal moeten helpen dit uitzonderlijk grote humanitaire leed te verlichten door toch maar flink op giro 555 te storten. Dat doet het angstige volk dan blindelings. Zo niet, dan heb ik om de huilfactor te stimuleren onder het tranentrekkende motto ‘dit willen we toch niet…?’ nog wel een reeks zelfgemaakte foto’s van aidsweeskindjes liggen. Helaas komen die wel uit Tanzania, Malawi en Uganda.
Nederland is het land van de redelijkheid tegen het beangstigende aan. Slappe zooi of beleefd grijs, maar in ieder geval alleen weerbaar vanuit de fauteuil. Politiek is tegenwoordig eerder een gemixte drank zonder tic dan een stevige drank waar je de tranen van in de ogen krijgt. Vechten voor een belang is er tegenwoordig niet meer bij. Politiek bijvoorbeeld acquireert zich eerst in het pluche om daarna leuke dingen voor het volk te gaan doen en vervolgens te cashen in het bedrijfsleven. De beuk erin om wakker te worden!
Leuk artikel Hans!
Hulde!